Geweld in de regio Urabá, Colombia

Porfirio Jaramillo, een man die zijn grond opeiste in de regio Urabá (Departement Antioquia) werd op zaterdag 28 januari vermoord. Vier zwaargewapende mannen drongen zijn boerderij binnen en hebben deze boerenleider voor de ogen van zijn vrienden en familie meegenomen. Het is al de 73ste persoon die zijn grond opeist en vermoord wordt in Colombia sinds 2008.

Volgens Carlos Paez, Voorzitter van de partnerorganisatie van Solidarité Socialiste « Tierra y Paz » (Grond en Vrede), werd de fysieke integriteit van de leider al enkele maanden bedreigd. Hij had aan de Nationale Eenheid voor bescherming (UNP), de nationale dienst belast met de veiligheid van de slachtoffers van het gewapend conflict, gevraagd om een beschermingssysteem in te voeren. Het slachtoffer had ook de Eenheid voor Teruggave van Gronden geïnformeerd, een nationale gedecentraliseerde dienst, belast met de schadeloosstelling van de slachtoffers die op illegale wijze beroofd werden van hun gronden.

Ter herinnering : in november 2016 is Solidarité Socialiste meegegaan op informatiemissie. Deze missie werd georganiseerd door de Belgische Coördinatie voor Colombia. Een delegatie, samengesteld uit twee parlementsleden, Waals kamerlid van de PS Olga Zrihen en het Europese parlementslid van de groep GUE/NL Tania Gonzales Peñas, bezocht de regio Urabá. De parlementsleden hebben er mensen ontmoet die hun grond kwijtraakten en ze hebben er ook deelgenomen aan een vergadering met de Eenheid voor de Slachtoffers en de Eenheid voor Terruggave van Gronden. Daar hebben ze kunnen vaststellen dat slechts een klein percentage (ongeveer 6 %) van de gronden in deze regio – zwaar getroffen door het gewapend conflict – wordt teruggegeven via deze instantie die geacht wordt om de Wet inzake Teruggave van de Gronden te laten toepassen waarover ondertussen al zes jaar geleden werd gestemd.
Na deze nieuwe golf van geweld uit Solidarité Socialiste haar ongerustheid en haar solidariteit ten aanzien van de mensen die hun grond opeisen in de regio Urabá; en nog ruimer, ten aanzien van de terugkerende bedreigingen waarmee de mensen die opkomen voor de mensenrechten in Colombia geconfronteerd worden. Ze veroordeelt ten stelligste dit geweld en steunt de oproepen van het sociaal middenveld aan de Colombiaanse overheid om haar vredelievende en ongewapende vertegenwoordigers te  beschermen. In de context van de recente Vredesakkoorden hopen we dat de Colombiaanse regering haar engagementen zal naleven en de rechten van deze mensen zal doen laten gelden, de bescherming van hun fysieke en psychologische integriteit zal waarborgen, alsook een onderzoek zal voeren naar de daders van deze criminele feiten.