Hondurese vakbond in schaduw van geweld

De moord op milieuactiviste Berta Caceres plaatste Honduras weer even in het middelpunt van de belangstelling op vlak van repressie, militarisering en discriminatie van middenveldorganisaties. Ook vakbondsleden en –leiders ontspringen de gewelddadige dans niet. De harde realiteit maakt hun werk onmogelijk, waardoor ze gedwongen worden zichzelf heruit te vinden.

“Mijn hele leven was ik me bewust van wat er zou kunnen gebeuren tijdens deze strijd, maar ze zullen me niet klein krijgen!” Het waren idealistische woorden van Berta Caceres, de Hondurese milieuactiviste die op 3 maart tijdens haar slaap vermoord werd door twee kogels in het lijf. Haar dood ontlokte een storm van protest in Honduras en later tal van solidariteitsacties in de rest van de wereld. De reden van de moord was het verzet van Berta tegen de bouw van de Agua Zarcadam op grondgebied van de Lenca, een bevolkingsgroep waar ze deel van uitmaakte.

EEN POLITIEKE MOORD

Berta is niet de eerste die vermoord werd vanwege haar activisme. Tientallen leiders van rurale gemeenschappen, mensenrechtenorganisaties, journalisten en ook vakbondsleiders zijn de voorbije jaren gewelddadig omgebracht. Dat gebeurde allemaal onder het oog van het huidige regime van president Juan Orlando Hernandez. De meeste van de moorden blijven tot op heden onopgelost en onbestraft.

“Het is schokkend nieuws, we blijven verbouwereerd achter”, zei de voorzitter van de vakbond voor de werknemers van de drankenindustrie STIBYS en partner van ABVV HORVAL. “We veroordelen de politieke moord op Berta Caceres, gepleegd in het kader van een regime dat het land gaandeweg militariseert, terwijl het zich schaart achter de belangen van een handvol multinationals die het land in hun greep hebben.” Met de komst van de nieuwe regering werd de repressie tegen sociale en syndicale organisaties duidelijk aangescherpt. “Daardoor worden we in het hoekje van de politieke oppositie geduwd”, liet de voorzitter nog opmerken.

HONDURAS: LAND IN RISICOSITUATIE

De aanvallen van het beleid op vakbonden, spelen zich af in het verontrustend kader van de arbeidsomstandigheden in Honduras. Er heerst een lage tewerkstellingsgraad. Arbeiders zijn laag opgeleid en worden slecht betaald. Er bestaat geen duidelijk tewerkstellingsbeleid. Kinderarbeid is eerder regel dan uitzondering. De uitbouw van de sociale zekerheid laat op zich wachten en er worden amper collectieve arbeidsakkoorden afgesloten. In die context zijn vooral vrouwen en jongeren de grootste slachtoffers.

Het is pijnlijk dat, wanneer de verzwakte vakbonden er in slagen om een juridisch onderbouwde aanklacht te formuleren en voor de bevoegde instanties te brengen, de regering telkens faalt om de juiste maatregelen toe te passen. Het Internationaal Vakverbond bestempelde Honduras dan ook als ‘een land in een risicosituatie’.

In die moeilijke context ondersteunt FOS vakbonden in hun zoektocht naar interne en externe strategieën. Er is hoop om de onderhandelingscapaciteiten van vakbonden te versterken en intern hun organisaties te vernieuwen en te democratiseren. Het is de enige manier om tegemoet te komen aan de uitdagingen die het huidige economische model hen opdringt.